De minister, de gerechtstolk en de marktkramerDe wereld globaliseert, de samenleving wordt in sneltempo cultureel en talig superdivers. Deze diversiteit is niet alleen te zien en te horen op tv, op straat, op school of op het werk, maar ook in de rechtbank en in het politiekantoor. Naarmate er in de rechtbank en in het politiekantoor meer taaldiversiteit binnenkomt, komen er ook steeds meer verstrekkers van taalbijstand over de vloer: vertalers en tolken. Lastposten volgens sommigen, bewakers van mensenrechten en fundamentele vrijheden volgens anderen. Hoog tijd dus voor meer debat over het belang en de rol van gerechtstolk en gerechtsvertaler.

In dit uitgebreide achtergrondartikel maken we een stand van zaken op, voeden we het debat met objectieve feiten en cijfers, bekijken we de situatie ook eens met de frisse blik van de marktkramer en vragen we ons af of het nu een belangrijk kantelmoment is voor het gerechtsvertalen en gerechtstolken. En dit is de hamvraag: doen we als samenleving voor de vrijwaring van fundamentele rechten en vrijheden een beroep op professionals of op bijklussers?

 

Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens
23 procent van de mensen die in België een veroordeling oplopen, is niet-Belg (tegenover 17 procent tien jaar geleden). 47 procent van de gevangenen in België is niet-Belg (tegenover 43 procent vijf jaar geleden). Men mag aannemen dat al deze mensen goed hebben verstaan waarvoor ze veroordeeld zijn of waarom ze in de gevangenis zitten; in België wordt iedereen die gearresteerd wordt op de hoogte gebracht van de redenen van zijn arrestatie en van alle beschuldigingen die tegen hem worden ingebracht. Dat gebeurt bovendien in een taal die hij verstaat. Iedereen die wegens een strafbaar feit wordt vervolgd en die de taal waarin politie of justitie hem willen verhoren niet verstaat of niet spreekt, heeft het recht zich kosteloos te laten bijstaan door een tolk. Dat is in Europa een basisrecht, al sinds het Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) dat in 1950 in Rome werd gesloten.

Vertaal- en tolkrichtlijn
In de EU is in een op de tien strafprocedures de verdachte of beklaagde een onderdaan van een andere EU-lidstaat. Europa verwacht dat dat aantal nog fors zal toenemen en dat daarmee de behoefte aan gerechtelijke tolk- en vertaalbijstand even fors zal toenemen. Omdat Europa wil dat het recht op taalbijstand overal op dezelfde kwaliteitsvolle manier geldt, zijn in 2010 tussen de lidstaten een aantal minimumvoorschriften afgesproken. De EU-richtlijn 2010/64 – de zogenaamde tolk- en vertaalrichtlijn – zegt onder meer welke essentiële processtukken in de taal van de verdachte ter beschikking moeten zijn: beslissingen tot vrijheidsberoving, tenlasteleggingen, dagvaardingen en vonnissen. Verder staan in de richtlijn een aantal minimumgaranties voor de objectiviteit en de kwaliteit van de gerechtsvertaler en -tolk.

 


 

 

Registerwet
Europese richtlijnen moeten binnen een afgesproken termijn in nationale wetgeving worden omgezet. België deed er met richtlijn 2010/64 wat langer over dan afgesproken, maar op 10 april 2014 gaf de wetgever groen licht voor de zogenaamde registerwet, voluit de "wet tot wijziging van verschillende bepalingen met het oog op de oprichting van een nationaal register voor gerechtsdeskundigen en tot oprichting van een nationaal register voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken".

Koninklijke besluiten
Daarmee trad de registerwet echter nog niet in werking. De uitvoerende macht – de minister van Justitie in dit geval – wachtte tot 19 december 2014 om de wet te publiceren in het Belgisch Staatsblad. Die dag pas begon dan de periode van maximum 24 maanden die de wetgevende aan de uitvoerende macht verleende om de werking van de registerwet praktisch voor te bereiden. Om de wet te kunnen uitvoeren, moeten er immers praktische zaken geregeld worden. De wet mag zeggen dat alle beëdigd vertalers en tolken in één nationaal register moeten staan, maar als je daar geen IT-infrastructuur voor hebt, kan de wet niet werken. De wet mag zeggen dat beëdigd vertalers en tolken zich aan een deontologie moeten houden, maar als die deontologie nergens op papier staat, dan werkt het niet. Dat soort concrete maatregelen moeten dus door de minister (na overleg met de ministerraad) in koninklijke besluiten (KB’s) worden vastgelegd en net zoals een wet worden afgekondigd in het Staatsblad. Pas als dat allemaal gebeurd is, treden de wet en de koninklijke besluiten in werking en worden de minimumvoorschriften die de EU-lidstaten in 2010 afspraken in België van kracht. De verwachting is dat dat op 1 januari 2017 het geval zal zijn.

Halfweg
Vandaag zijn we ongeveer halfweg deze praktische voorbereidingsperiode van max. 24 maanden. Over de inhoud van de koninklijke besluiten heeft de minister van Justitie het afgelopen jaar overleg gepleegd met de beroepsverenigingen die de belangen van de vertalers en tolken behartigen.
Hoewel er op dit moment nog geen koninklijke besluiten zijn, circuleren er al wel ontwerpen. En die worden steeds concreter, ook waar ze over de vergoeding voor tolk- en vertaalprestaties gaan. Het is dan ook logisch dat de nervositeit in de sector toeneemt.
Zoals gezegd maken we in de rest van dit artikel een stand van zaken op. Hoe is de situatie nu? Wat gaat er veranderen? Wat zijn wezenlijke problemen en mogelijke oplossingen?
Ten slotte bekijken we de hele situatie door de bril van de marktkramer.

 


 

Trend: meer tolken en vertalers nodig
Globalisering, migratiestromen, internationalisering van de criminaliteit en de toenemende taaldiversiteit die deze fenomenen met zich brengen, zijn blijvers. Er is consensus over dat justitie en politie in de toekomst steeds vaker tolken en vertalers nodig zullen hebben. Om de rechten te vrijwaren van burgers die de taal van de agent of de rechter niet verstaan, maar ook bijvoorbeeld om verdachten af te luisteren. Om te verstaan wat verdachten bekokstoven, zijn er steeds vaker tolken nodig die de afgeluisterde gesprekken (telefoontaps) in het Frans of Nederlands kunnen vertalen: taptolken. Het aantal telefoontaps is de voorbije jaren al sterk toegenomen van 2500 in 2004 tot 6500 in 2014. Het is redelijk te verwachten dat er in de toekomst steeds meer taptolken nodig zullen zijn … en niet alleen tijdens de kantooruren.

20 miljoen euro
Justitie kocht de voorbije jaren (op één uitschieter na) ieder jaar voor een kleine twintig miljoen euro vertaal- en tolkdiensten in. Dat komt overeen met 1 procent van haar totale budget.
De helft van het vertaal- en tolkbudget dekt de kosten voor ruim 42.000 tolkprestaties. Een derde dient voor de vergoeding van ruim 36.000 vertaalprestaties en de rest voor 6500 telefoontaps. In 2014 deed justitie voor al deze prestaties een beroep op exact 1927 unieke leveranciers, waarvan slechts een beperkt aantal leveranciers meerdere tolken leverde.

58 + 55 minuten
De gemiddelde eigenlijke tolkprestatie duurt 58 minuten. Als er moet worden gewacht, wat bij een op de drie tolkopdrachten het geval is, bedraagt de wachttijd gemiddeld 55 minuten. Bij twee op de drie tolkprestaties zijn er verplaatsingskosten (in 2014 voor verplaatsingen tussen 0,5 en 992 km).
Bijna 80 procent van de tolkprestaties wordt in Brussel, Antwerpen, Oost- en West-Vlaanderen geleverd. De vertaalprestaties worden naar verhouding meer in Wallonië (45 procent) dan in Vlaanderen (34 procent) geleverd. Het taptolken gebeurt bijna uitsluitend in Brussel (87 procent).
Als we inzoomen op het vertaalwerk, zien we dat 66 procent van alle vertaalwerk in de talencombinaties Frans-Nederlands en Nederlands-Frans gebeurt. Het aandeel van deze talencombinaties in al het vertaalwerk neemt af. Logisch, gezien de trends waar we het al over hadden.

 




Van 5000 naar 2000 leveranciers
Er zijn in België een kleine tweeduizend gerechtsvertalers en gerechtstolken. Daaronder verstaan we de beëdigd vertalers en beëdigd tolken die in de loop van het jaar 2014 werden gevorderd voor een opdracht voor de Belgische gerechtelijke overheid en die deze opdracht hebben aanvaard. Twee jaar geleden waren ze nog met vijfduizend. De verhouding tussen vraag- en aanbodzijde op de markt is dus in een korte tijd sterk veranderd. Dat kan niet zonder gevolgen zijn.

Belangenbehartiging
Drie beroepsverenigingen behartigen de belangen van de beëdigd vertalers en tolken, gerechtsvertalers en gerechtstolken: de Belgische Kamer van Vertalers en Tolken (BKVT), Lextra Lingua en de Beroepsvereniging van Beëdigd Vertalers en Tolken (BBVT).
De BKVT is de oudste en veruit de grootste vereniging. Ze werd opgericht in 1955 en telt ruim 400 leden, waarvan de kleine helft beëdigd is. De andere verenigingen behartigen uitsluitend de belangen van de beëdigd vertalers en tolken. Lextra Lingua werd opgericht in 2012 en BBVT in 2014. Dat er recent twee nieuwe actoren op het toneel zijn verschenen, kan veel redenen hebben, maar is minstens ook een indicatie dat het debat over het belang en de rol van de gerechtsvertaler en -tolk de laatste tijd veel meer prikkelt en veel meer betrokkenheid uitlokt. En omdat de BBVT de weg naar de brede pers erg vlot lijkt te vinden, kan een steeds breder publiek bij het debat worden betrokken. Een goede zaak, zo lijkt het.

 


 

Breder, levendiger en scherper debat
Dat het debat over het belang en de rol van de gerechtsvertaler en -tolk levendiger wordt, valt ook af te leiden uit het steeds hogere tempo waarmee werkonderbrekingen, protestbijeenkomsten op de trappen van het justitiepaleis, alarmdagen, open brieven, petities en alarmerende persberichten en allerlaatste uiterste noodkreten elkaar opvolgen.
Dat het debat ook scherper wordt, valt af te leiden uit het evoluerende taalgebruik. De BKVT, die in dit debat van sereniteit en gematigde taal haar handelsmerk heeft gemaakt, reageert samen met Lextra Lingua in een recente open brief aan de minister van Justitie erg ontstemd op de uitkomst van het overleg met de minister van Justitie, zijn kabinet en de Federale Overheidsdienst Justitie en op het ontwerp-KB dat nieuwe tarieven wil vaststellen.
In de open brief zijn BKVT en Lextra Lingua eerst nog positief: “Bij uw benoeming hebt u gemerkt dat het verkeerd liep met de manier waarop beëdigd vertalers/tolken moesten werken. De regels zijn verwarrend, dubbelzinnig en ingewikkeld, de werkomstandigheden slecht en de bezoldiging nog slechter. Dat hebben de vertaalproblemen van het dossier Wesphael nogmaals pijnlijk aangetoond. U wilde die situatie aanpakken en veranderen. We hebben uw initiatief toegejuicht en er met veel inzet aan meegewerkt."

Kroniek van een aangekondigde ramp
Maar de boodschap van de open brief is niet mis te verstaan: "Verwarrende regels worden vervangen door nieuwe zo mogelijk nog meer verwarrende regels. Beëdigd vertalers en tolken worden nog steeds als begrotingsposten, ja zelfs lastposten beschouwd. De werkomstandigheden zullen geenszins verbeteren. (...) Er komen meer verantwoordelijkheden, meer plichten en strengere eisen maar geen betere vergoedingen."
BKVT en Lextra Lingua concluderen: “De uitvoering van dit ontwerp-KB zal tot een ramp leiden. (...) Uw magistraten zullen er nog langer over doen om een vertaler of tolk te vinden. Nog meer beklaagden zullen vrijgelaten worden wegens gebrek aan vertaling of vertolking." De oplossing is volgens BKVT en Lextra Lingua nochtans eenvoudig: "Luister echt naar uw beëdigd vertalers en tolken! U zult ze, meer dan vandaag, in de toekomst nodig hebben.”

 


 

Petitie tegen economische uitbuiting
Ook de BBVT protesteert tegen de huidige gang van zaken. Niet met een open brief maar met een petitie en in niet mis te verstane termen: “Justitie maakt zich schuldig aan economische uitbuiting. Ondanks de economische wanpraktijken, de schrijnende wantoestanden en de vaak mensonwaardige werkomstandigheden waarmee wij te kampen krijgen, blijven wij graag voor justitie en politie werken. We doen dat vanuit een scherp maatschappelijk bewustzijn, maar we zijn niet langer bereid om liefdadigheidswerk te verrichten,” zo klinkt het bij de BBVT, die de voorbije maanden geen gelegenheid voorbij liet gaan om zwaar uit te halen.

De petitie van de BBVT is intussen door ruim 300 mensen ondertekend: vertalers, tolken, sympathisanten van de zaak, maar ook rechercheurs, parketmedewerkers, (sociaal) inspecteurs, politiecommissarissen en andere vorderende overheden die dagelijks worden geconfronteerd met de pijnlijke gevolgen van de huidige visie op taalbijstand door professionele vertalers en tolken aan anderstalige rechtzoekenden.

BBVT: "De kwaliteit van het vertaal- en tolkwerk in strafzaken is van elementair belang in een moderne rechtstaat, om te verzekeren dat de normen die zijn vervat in het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM) en de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) te Straatsburg, volledig worden nageleefd.” De BBVT vraagt dan ook met aandrang "dat de federale regering haar verantwoordelijkheid neemt ter vrijwaring van het recht op een eerlijk proces, de mensenrechten, de rechten van de slachtoffers en de EU-maatregelen voor misdaadbestrijding, en de nodige middelen hiervoor wil vrijmaken."

Eind oktober riep de voorzitter van de BKVT haar leden nog op de petitie van de BBVT niet te ondertekenen. De petitie zou de serene sfeer van de onderhandelingen met het kabinet van Justitie hypothekeren.

Geen waardering voor topprestaties in moeilijke omstandigheden
Ter zake nu. Waar vallen de beroepsverenigingen eigenlijk over? De BKVT verlangt van de federale overheid al vijftien jaar dat ze de positie van de gerechtsvertaler en -tolk beter zou regelen. En nu Europa alles in een keer regelt, is het nog niet goed? Wat is het probleem?

De essentie van het probleem is dat gerechtsvertalers en gerechtstolken zich als lastposten behandeld voelen en weinig of geen waardering ervaren voor topprestaties die ze vaak in erg moeilijke omstandigheden moeten leveren. Dat er ook uit de geldelijke beloning voor het geleverde werk weinig of geen waardering spreekt, ontstemt des te meer. Steeds meer vertalers en tolken trekken dan ook hun conclusies en willen niet meer voor justitie of politie werken. Ze moeten de beëdiging, die lange tijd goed stond op het cv, het visitekaartje of het naamplaatje aan de voorgevel, niet meer hebben. Waar de beëdiging bij het onwetende brede publiek misschien nog lichtjes statusverhogend werkt, werkt het werken voor justitie en de daarmee gepaard gaande aanvaarding van dumpingtarieven onder collega’s tegenwoordig statusverlagend. Wie wil er nu nog voor justitie werken?

“Wie wil er nu nog voor justitie werken? Ik vind dat een pijnlijke vraag,” vertrouwde ons laatst een gerechtsvertaler toe, “maar de vraag is wel terecht, want justitie betaalt me barslecht en nog vaak veel te laat ook.” Bovendien zijn ook de werkomstandigheden ronduit slecht te noemen. En met de “nieuwe” minister van Justitie Koen Geens lijkt er weinig of niets te zullen veranderen. Alleen uit burgerzin, idealisme en maatschappelijk bewustzijn werken ze nog voor justitie. Daar koop je geen brood mee natuurlijk.

 


 

Nieuwe tarieven
Momenteel varieert de vergoeding voor vertaalwerk naargelang van de talencombinatie van 8 tot 37 euro per pagina. Voor twee derde van alle vertaalwerk geldt het laagste tarief van 8 euro.
Voor tolkprestaties varieert de vergoeding naargelang van de talencombinatie van 34 tot 58 euro per uur. Voor twee procent van alle tolkwerk geldt het hoogste tarief van 58 euro.
Justitie stelde de vertalers een paar maanden geleden een nieuwe tariefstructuur voor: 0,06 euro per woord in de doeltaal voor het gros van het vertaalwerk (Nederlands >< Frans). En 0,08 en 0,09 euro per woord voor de rest naargelang van de talencombinatie. Aan de tolken stelde justitie een eenheidstarief van 48 euro per uur voor. Uit een bevraging van de sector op basis van een honderdtal respondenten bleek dat 95 procent van de gerechtsvertalers en -tolken niet bereid is tegen de voorgestelde voorwaarden te werken.

Taptolken
De vertalers en tolken vallen niet alleen over de voorgestelde tarieven per regel of per uur. Neem nu de telefoontaps waar we het al over hadden. Die zijn de voorbije jaren sterk toegenomen en het is de verwachting dat er in de toekomst nog meer afgeluisterd zal worden en dat de afgeluisterde gesprekken steeds vaker in een andere taal dan Nederlands of Frans gevoerd zullen worden. Er zullen dus nog meer taptolken nodig zijn. Om gesprekken in het Arabisch af te luisteren bijvoorbeeld. Maar wat is minister van Justitie Koen Geens van plan? De tolken Arabisch moeten tien euro per uur inleveren. En vanaf het vierde uur taptolken krijgen ze nog minder betaald. Logisch, vindt de minister, want na een uur of drie taptolken begin je als tolk toch wat minder te presteren, dus dat moeten we niet aanmoedigen.

Wachten is niet presteren
Behalve tolkprestaties leveren tolken voor justitie vaak ook geweldige wachtprestaties, zo blijkt. Dat ligt niet aan de tolken, maar aan structurele problemen bij justitie. Maar een vergoeding voor wachttijd? Daar is in het ontwerp-KB geen sprake van. Wachten is niet presteren en wij betalen alleen voor tolkprestaties, zo lijkt de redenering. Nochtans moeten tolken steeds vaker en steeds langer wachten op de rechtbank.

Zeg niet afschaffen maar verrekenen
Volgens justitie wordt de wachttijdvergoeding trouwens helemaal niet afgeschaft, maar “verrekend” in een nieuw tarief van 48 euro per uur. Oké, niet de reële wachttijd wordt verrekend, maar toch een gemiddeld geobserveerde wachttijd op basis van een statistische studie van alle facturen van 2014.
Nu worden tolken meestal opgeroepen tegen het beginuur van een zittingsvoormiddag of -namiddag, ongeacht het precieze tijdstip waarop de tolkprestatie geleverd moet worden. Zo creëert justitie natuurlijk zelf wachttijd.

“Ik zal de balies en colleges voorstellen de experts niet langer allemaal om 9 uur op te roepen voor de ochtendzittingen; men kan ze beter op een welbepaald uur inplannen," aldus minister van Justitie Koen Geens in de Kamercommissie Justitie van 6 januari 2016 in antwoord op een vraag van MR-Kamerlid Gautier Calomne over de situatie. Met de colleges bedoelt hij de Colleges van het Openbaar Ministerie en van Hoven en Rechtbanken bedoeld, met wie de minister in een protocol wil afspreken dat ze de tolken op een preciezer tijdstip vorderen.

De beroepsverenigingen vragen arbeidsomstandigheden en prestatievergoedingen waaruit waardering spreekt: een marktconforme vergoeding per prestatie en een vergoeding voor reële wachttijd lijken het minimum. Hoewel de beroepsverenigingen in stijl en taalgebruik en in de appreciatie voor elkaars belangenbehartiging sterk van elkaar verschillen, lijkt er consensus over dat de waardering ook moet spreken uit een billijke minimumvergoeding per tolk- of vertaalopdracht, een billijke toeslag voor dringende vertalingen, een billijke toeslag voor tolkprestaties in het weekend en buiten de normale kantooruren, een billijke vergoeding voor late annuleringen en een normale jaarlijkse indexaanpassing van de tarieven.

 


 

Analyse en studie
Volgens Justitieminister Koen Geens zijn de voorgestelde tarieven in het ontwerp-KB nochtans gebaseerd op grondig onderzoek: een analyse van al de kosten die vertalers en tolken factureren (voor vertalen, tolken, taptolken, wachten, zich verplaatsen, enz.) en een vergelijkende studie van de tarieven in de buurlanden. Buurland Duitsland betaalt gerechtstolken min. 70 euro per uur en gerechtsvertalers min. 1,55 euro per regel.

De resultaten van dit dubbel onderzoek zijn in mei 2015 aan de drie beroepsverenigingen voorgelegd. Begin juli is er met de beroepsverenigingen over overlegd en hun feedback is volgens de minister althans grotendeels verwerkt in het eerste ontwerp van koninklijk besluit, dat in september is voorgesteld. Aan dat eerste ontwerp zijn vervolgens nog een paar aanpassingen gebeurd, aldus de minister, waarna op 2 december een verbeterd ontwerp-KB is voorgesteld. Eind december is de definitieve ontwerptekst “na inspraak van de stakeholders” voorgelegd aan de al genoemde colleges.

Justitie en politie hebben het steeds moeilijker om vertalers en tolken te vinden. Ook voor courante talen worden steeds vaker problemen gemeld. Concreet neemt het vinden van een geschikte vertaler of tolk steeds meer tijd in beslag. Het is niet uitzonderlijk dat iemand een paar uren zoet is met het zoeken van een tolk. Dat kost handenvol geld, want vaak zit niet alleen de burger die in de eigen taal moet worden gehoord op de onvindbare tolk te wachten. Maar in tegenstelling tot de variabele kost van de tolkbijstand die per gefactureerd uur zichtbaar wordt, blijft de kost van de bellende en wachtende ambtenaren van justitie of politie vooralsnog onzichtbaar. Eveneens onzichtbaar in het kostenplaatje blijven de imagoschade door de verdaagde processen en de bijdrage die de brave beller op zoek naar de onvindbare tolk levert aan de gerechtelijke achterstand.

 


 

Beschouwing van de marktkramer
Met een koopkracht van 20 miljoen euro is justitie een belangrijke inkoper op de taalmarkt op zoek naar vertaalwerk en tolkbijstand. We kunnen in het segment van het gerechtelijk en politioneel vertaal- en tolkwerk van een echte kopersmarkt spreken, want de koper heeft duidelijk het eerste en het laatste woord in deze markt; de koper bepaalt de criteria waaraan de verkoper moet voldoen, de koper bepaalt de koopprijs, de aankoop-, leverings- en betalingsvoorwaarden. Een kopersmarkt, helemaal volgens het boekje. Voor de verkoper de hel, voor de koper het paradijs ... tot de verkoper al dan niet noodgedwongen zijn conclusies trekt en naar een andere markt verhuist natuurlijk.
Interessant in dit bestek is de vraag hoe je als verkoper van je kopersmarkt weer een verkopersmarkt kunt maken. Wij stelden de vraag aan een marktkramer, een man van vele markten en weinig theorie, die de vraag uit eigen ervaring beantwoordt. Zijn antwoord op de vraag is meerledig.

Eén stem
Samen met één stem spreken is een eerste antwoord van de marktkramer. “Alle verkopers moeten een gemeenschappelijk front vormen, zoals de vakbonden zouden zeggen. Elementair om een kopersmarkt in de richting van een verkopersmarkt te bewegen.”

Koper slimmer maken
De koper slimmer maken is een tweede antwoord van de marktkramer. “Ten eerste moet je de koper inzicht geven in je productieproces, in je kostenstructuur, in de vaste en variabele kosten die je als verkoper gedekt moet krijgen, in de winst die je dit jaar moet maken om volgend jaar te kunnen investeren in nieuwe technologie die je productie kostenefficiënter gaat maken en je koper finaal een beter product, een snellere levering of een voordeliger dienst gaat opleveren. En ten tweede moet je de koper inzicht geven in wat je precies doet en waarom."

"In de markt van het gerechtsvertalen en -tolken houdt de verkoper vandaag de koper dom. Dat is pas echt dom. Een verkoper die de koper geen voordelen, besparingen en efficiëntiewinsten voorrekent, is slim op korte termijn, maar dom op lange termijn. De koper opvoeden zonder pedant te zijn, vraagt tijd en energie, maar kan al op korte termijn lonen. Een kans biedt in dit verband het handboek “Gerechtstolken” van Heidi Salaets, Katalin Balogh en Dirk Rombouts.”

 


 

Kwaliteitslabel
Een derde antwoord van de marktkramer op de vraag hoe je als verkoper je markt kunt doen evolueren van een kopers- naar een verkopersmarkt is kwaliteitslabeling op initiatief van de verkoper.

“Ja, er is vandaag al een kwaliteitslabel in deze markt: de beëdiging. De beëdiging werkt bij het brede publiek nog steeds als een statusverhogend kwaliteitslabel. Dat het label niet is wat het brede publiek denkt dat het is - we drukken ons voorzichtig uit - is voor de huidige situatie niet zo belangrijk. In ieder geval werkt het label in het marktsegment waar het is uitgevonden én zelfs in naburige segmenten van de vertaal- en tolkmarkt, waar het label is geadopteerd. Dat een label werkt, is niet vanzelfsprekend. Er zijn al veel kwaliteitslabels bedacht – ook in de taalsector – die niet goed werken. Dat de beëdiging als kwaliteitslabel werkt, is te danken aan één feit: de verkopers in de markt ondersteunen het kwaliteitslabel in hun communicatie. Dat het label geen idee van de verkopers ofte de aanbodzijde van de markt maar van de koper ofte de vraagzijde van de markt was en is, is nuttig om te beseffen maar is ook weer niet zo belangrijk. Gewoon gebruiken is de boodschap."

"Het echt goede nieuws is dat er in de vertaalmarkt nog andere kwaliteitslabels mogelijk zijn … op initiatief van de aanbodzijde van de markt. Kwaliteitslabels en normen zijn altijd een goed idee, op één voorwaarde: dat de aanbodzijde van de markt er zich als één man achter schaart en het label, de norm of het certificaat met eenduidige communicatie ondersteunt.” Advies van de marktkramer: “Met één stem en met alle middelen de lat zo hoog mogelijk voor registervertalers en registertolken – ook voor wie al 20 jaar beëdigd is. De beëdiging is het kwaliteitslabel van de koper, het register kan het kwaliteitslabel van de verkoper worden.”

Permanente educatie
En een vierde antwoord van de marktkramer? “Permanente educatie. Niet van de koper, maar van de verkoper. In een kopersmarkt is de verkoper de sukkelaar die zich heeft laten ringeloren. Maar wie niet sterk is, moet slim zijn. En wie niet slim is, moet slim worden. Leren dus. Niet leren vertalen of recht leren, maar leren marktdenken, leren klantdenken en leren ondernemen.”

Hoezo? “De koper heeft vorig jaar duidelijk aangegeven dat hij tot nader bericht alleen nog met ondernemers zaken wil doen. Hij is vorig jaar met de grove borstel door zijn eigen kopersmarkt gegaan. Meer dan 3000 verkopers zijn van de markt verjaagd. Dat doe je als koper alleen als je vindt dat er op je kopersmarkt te veel toeristen, bijklussers, cowboys en beunhazen hun waar aanbieden en als je vindt dat je te vaak slechte ervaringen opdoet.“

“De markt grondig schoonmaken (bv. door met btw-plicht de drempel tot de markt te verhogen) is goed voor de koper, maar ook voor de verkoper die blijft: een objectief hogere toegangsdrempel tot de markt vermindert het duiventilgehalte aan de onderkant van de markt en sorteert al op korte termijn het gunstige effect dat de koper minder slechte ervaringen opdoet én meer vertrouwen in de verkoper krijgt. Mooi.”

“De koper wil zakendoen met echte ondernemers. Leren ondernemen dus! Leren marktdenken, over marketing (naar de markt gaan), over verkopen, over onderhandelen, over productdiversificatie, kostprijscalculatie en prijszetting. En leren klantdenken: meedenken met de klant over voordelen en return on investment. Wie vandaag nog voor justitie of politie werkt, getuigt van grote burgerzin. Maar wie voor justitie voor de honderdste keer dezelfde lap tekst vertaalt en daarvoor voor de honderdste keer dezelfde prijs aanrekent, heeft niet goed opgelet in de les over klantdenken.”

 


 

Maar is gerechtsvertalen dan geen beroep? En gerechtstolken? “Nee,” zegt de marktkramer, “het is het leveren van een specifieke dienst of een specifiek product aan een specifieke klant. In dit geval aan één specifieke klant in één specifiek marktsegment (van 20 miljoen euro) van een veel grotere markt (van een paar honderd miljoen euro).”

Maar de minister is toch wettelijk gemachtigd om de tarifering van vertaal- en tolkprestaties in strafzaken bij koninklijk besluit vast te leggen? Kun je dan eigenlijk wel van een markt spreken?  “Ja,” zegt de marktkramer, “het is maar hoe je het bekijkt. Het staat de minister inderdaad vrij om aan de (aanbodzijde van de) markt te zeggen hoeveel hij wil betalen. Maar het staat de (aanbodzijde van de) markt ook vrij om niet voor de minister te werken.”

“Maar de minister speelt het goed,” aldus nog de marktkramer, “want veel gerechtsvertalers en gerechtstolken zijn zo sterk gaan geloven dat ze een specifiek beroep uitoefenen dat ze niet meer beseffen dat er daarbuiten nog een hele grote wereld is waar ook een markt is, met kopers die bereid zijn voor professionele taalbijstand heel andere tarieven dan die van de minister te betalen en die vertalers en tolken niet slechts als lastposten zien. Het is maar hoe je het bekijkt.”

“Het fenomeen van de totale kopersmarkt is niet nieuw en geen exclusiviteit van het gerechtelijk en politioneel vertaal- en tolksegment van de taalmarkt. Het interessantst om te bestuderen is hoe in andere sectoren (deel)markten zijn geëvolueerd van een kopersmarkt naar een verkopersmarkt. En wat blijkt? Markten vol professionals slagen daarin. Markten vol bijklussers niet.”

 




Kantelmoment?
Is de kopersmarkt aan het kantelen? Er zijn inderdaad sterke signalen dat het marktaanbod niet meer zo massaal de marktvraag overtreft, dat er zelfs echte schaarste in de markt komt. Dat heeft justitie zoals gezegd vooral aan zichzelf te danken. Of dit echt een kantelmoment is, hangt op de keper beschouwd niet van het huidige ontwerp-KB af. Daar mag in staan wat er in zal staan. Of dit echt een kantelmoment van een kopersmarkt naar een verkopersmarkt is, hangt af van de verkoper en van de mate waarin hij met één stem wil spreken, de koper snel slimmer willen maken, het register als kwaliteitslabel ondubbelzinnig wil ondersteunen en bereid is een echte ondernemer te worden die markt- en klantgericht denkt.

De koper heeft zijn kopersmarkt recent zelf helemaal schoongeveegd. Nooit eerder was er zo veel schaarste in de markt. Zolang de koper niet op het idee komt om aan de onderkant van zijn markt de duiventil van bijklussers weer open te zetten, zolang de koper voor de vrijwaring van fundamentele rechten en vrijheden een beroep op actieve professionals wil doen, zal de koper gewillig zijn om de markt aan de verkoper te laten. Die laatste kan het nu eigenlijk alleen nog maar zelf verknallen.

 

Update: BKVT en Lextra Lingua organiseren gezamenlijk een informatiesessie over de huidige situatie i.v.m. de nieuwe wetgeving op De Taalmarkt van The Value of Language, op woensdag 16 maart 2016 op de Letterencampus van de KU Leuven in Brussel. Inschrijven kan gratis via www.thevalueoflanguage.eu

Lees ook: Commissie wil meer controle op gerechtstolken en -vertalers


Meer info: http://billijkevergoedingvoorvertalersentolkeninstrafzaken.petitie.be/

Meer info: www.bbvt.be

Meer info: www.lextra-lingua.be

Meer info: www.cbti-bkvt.org

Auteur: Dries Debackere
Alle rechten voorbehouden. Wie fragmenten uit dit artikel wil hergebruiken, neemt contact op met de auteur via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..

 

We respecteren je privacy.
Door op deze website te surfen aanvaard je functionele en analytische cookies, bedoeld om de site goed te laten werken. Hier geen trackingcookies.