Heeft STEVIN het Nederlands gered ;-)11,4 miljoen euro. Zo veel belastinggeld legden Vlaanderen en Nederland in september 2004 - exact tien jaar geleden - op tafel om ervoor te zorgen dat het Nederlands digitaal zou kunnen overleven.

Of een taal digitaal overleeft, hangt af van de mate waarin een aantal essentiële digitale voorzieningen aanwezig zijn die je nodig hebt om een toepassing met taal- of spraaktechnologie te ontwikkelen – of dat nu een spellingchecker is, een vertaalmachine, een gps met stem, een gesproken krant voor blinden, enz. Basisgrondstoffen die je daarvoor telkens weer nodig hebt, zijn bijvoorbeeld een computerlexicon of een grote digitale collectie teksten of opnames van gesproken taal. Al die grondstoffen samen vormen de digitale basisinfrastructuur waarmee een taal digitaal kan overleven.

Nog beter is het natuurlijk als de grondstoffen centraal verzameld en beheerd worden en als ze zonder veel poespas gebruikt en hergebruikt kunnen worden. Zodat iedereen die iets met taal- of spraaktechnologie wil doen, niet telkens weer het wiel moet uitvinden. Dat zou natuurlijk niet efficiënt zijn, moeten ze tien jaar geleden gedacht hebben. Daarom is er vandaag al tien jaar een uniek loket waar iedereen die iets wil doen met taal- of spraaktechnologie kwaliteitsvolle basisgrondstoffen kan gaan halen om er leuke en waardevolle producten of diensten mee te maken. Dat unieke loket heet de TST-Centrale (Centrale voor Taal- en Spraaktechnologie) en in haar etalage liggen een tachtigtal zulke grondstoffen: vooral corpora en lexica, maar ook software en digitale woordenboeken. Ongeveer de helft van die grondstoffen komt uit één programma: STEVIN, dat staat voor Spraak- en Taaltechnologische Essentiële Voorzieningen In het Nederlands.

Wat is er van STEVIN geworden? Hebben we waar voor ons geld gekregen? Wie doet daar nu eigenlijk iets mee? En wat? Heeft daar verder nog iemand voordeel bij? In de taalsector, en daarbuiten?

De Taalsector vroeg het aan STEVIN-coördinator Peter Spyns en Remco van Veenendaal van de TST-Centrale. Taaltechnologiebedrijf GridLine (uit Amsterdam) getuigt.

Heeft STEVIN het Nederlands gered :-)


De Taalsector: Wat is of was het STEVIN-programma precies en wat was de bedoeling?

Peter Spyns: STEVIN had een tweeledig doel. Het eerste doel was het stimuleren van de taal- en spraaktechnologische sector in Vlaanderen en Nederland door het financieren van strategisch onderzoek, het stimuleren van de vraag naar taal- en spraaktechnologische producten en het bevorderen van netwerken en kennisoverdracht. Op die manier kon de innovatiecapaciteit van deze sector verder worden vergroot.

We respecteren je privacy.
Door op deze website te surfen aanvaard je functionele en analytische cookies, bedoeld om de site goed te laten werken. Hier geen trackingcookies.