Céline Mignolet, masterstudente in het Vertalen aan de Universiteit Antwerpen, werkte in de winter van 2014 tijdens haar stage bij De Taalsector aan een ‘Wie is Wie?’ voor de taalsector. Mensen, organisaties, evenementen, netwerken in kaart brengen. Allemaal geen probleem. Maar GentVertaalt? Wat is dat nu voor iets? Is het een vereniging? Is het een club? Is het een koffiekransje? Een pop-up ding misschien? Een grassroot-initiatief dat vertalers bij elkaar wil brengen om samen te werken, te kletsen en bij te leren?
Céline moest er het fijne van weten. Ze nodigde de drie oprichters van GentVertaalt uit bij De Taalsector, zette een dampende kop koffie en een schaaltje echte Gentse neuzen voor en vroeg ze de kleren van het lijf.
Dit is wat ze te horen kreeg van Mick De Meyer, Tom Van Cleempoel en Sébastien Devogele. Hoe beleven zij hun initiatief zelf? Hoe kijken zij naar de taalsector? En ja hoor, wie zijn ze? Wat drijft hen?
Een uitgebreid interview
Met de deur in huis gevallen: wat is GentVertaalt nu eigenlijk?
‘Wel, de baseline van GentVertaalt luidt: Waar vertalers samen werken, kletsen en bijleren.’
Alleen vertalers?
‘Neen, ook tolken, ondertitelaars, en gewoon iedereen die in ruime zin met taalwerk bezig is, is meer dan welkom. In de praktijk komen er vooral vertalers. Het initiatief is immers uit een nood bij vertalers ontstaan.’
Alleen Gent?
‘Neen, iedereen die zin heeft om naar Gent af te zakken, mag meedoen.’
Dat is duidelijk. GentVertaalt kijkt over het muurtje van de vertaalwereld. En van de stadsomwalling van Gent schiet al een tijdje niet veel meer over.
De sociale vertaler bestaat
Jullie brengen iedere maand vertalers bij elkaar?
‘Euhm, ja.’
Jullie brengen grijze muizen bij elkaar? Eenzaten die in principe genoeg zouden moeten hebben aan een thermos koffie en hun computer. Hoe doen jullie dat?
‘Dat is een cliché. Schrijf op: de sociale vertaler bestaat! Wie zelfstandig vertaalt, is naast taalprofessional ook zaakvoerder. En juist voor wie met de zakelijke aspecten van het beroep worstelt, blijkt GentVertaalt erg nuttig te zijn.’
Sébastien: ‘We spreken niet alleen over taal en vertalen met elkaar, maar ook over opdrachten, over prijszetting, over allerhande vertaalprogramma's.Op dat vlak zijn we met GentVertaalt echt geslaagd. We voelen daar duidelijk een nood bij veel vertalers.’
Waar gaat het het vaakst over?
‘Over tarieven,’ lacht Sébastien. ‘Kijk, er komen allerlei soorten van vertalers naar GentVertaalt: zowel beginnende zelfstandige vertalers als ervaren rotten. Verschillende profielen van vertalers, die in verschillende fases van hun carrière zitten, en die dus met andere vragen zitten. Het fijne is dat iedereen bereid is te helpen. Belangrijk is dat we elkaar niet als concurrenten zien. Niemand zit daar met de bedoeling klanten van een ander af te snoepen. Er wordt dus openlijk gepraat over hoe je eenmanszaak te positioneren, hoe klanten te vinden, hoe je prijs te bepalen, met welke vertaaltools je goede maar ook slechte ervaringen hebt, enzovoort.’
‘Ook onze Facebook-pagina slaat goed aan. Dat blijkt een handig forum waar mensen ideeën kunnen uitwisselen, prangende vragen kunnen stellen of in contact kunnen komen met collega's.Op die manier kunnen geïnteresseerden die niet aanwezig kunnen zijn op de netwerkavonden toch hun netwerk uitbreiden en eventueel ook opdrachten regelen met collega’s.
Opdrachten regelen met collega’s, uitbesteden... Iedereen is welkom. Ook vertaalbureaus?
‘GentVertaalt is geen gesloten vereniging. In principe mag iedereen aan onze tafel aanschuiven, een hapje eten of iets drinken en deelnemen aan onze gesprekken. Maar we willen het wel onder collega’s houden, en daarom richten we ons op kleine zelfstandigen. Met eigenaars of projectmanagers van grote vertaalbureaus erbij zou iedereen al snel op zijn woorden gaan letten en minder vrijuit spreken. Wij kiezen dus voor een gemoedelijke sfeer van freelancers onder elkaar.
Samen weet je meer
Wat is voor jullie het belangrijkste doel van een dergelijke netwerkavond?
Mick: ‘Collega's laten leren van elkaar, want samen is ’t plezanter en samen weet je meer!’
‘En netwerken. Een netwerkavond is een uitgelezen kans om je zichtbaarheid te verhogen,’ voegt Sébastien toe.
‘Als ik een opdracht moet uitbesteden en ik kan kiezen tussen iemand die ik in levenden lijve heb ontmoet en met wie ik een gesprek heb gevoerd of iemand die ik van het net pluk, dan is mijn keuze gauw gemaakt,’ licht Mick toe.
Organisch leren
Tom: ‘Tijdens onze bijeenkomsten is er altijd vanzelf voldoende gespreksstof. We hoeven niet voor moderator te spelen. In het begin probeerden we op voorhand enkele onderwerpen te bedenken en een beetje structuur aan het gesprek te geven, maar dat bleek niet nodig. We hoeven niets te forceren. De mensen die komen, hebben eerst al een hele dag achter de computer gezeten en willen ’s avonds ongedwongen kletsen tussen pot en pint. Eigenlijk verloopt zo"n avond simpelweg heel organisch.’
‘De gesprekken kabbelen vanzelf voort,’ aldus nog Mick.
Themadag
Naast de maandelijkse netwerkavonden, wil GentVertaalt ook jaarlijks een themadag organiseren, die dan in het teken staat van een of ander aspect van ons beroep. Vorig jaar bijvoorbeeld was dat de CAT-toolnamiddag. Toen hebben verschillende vertalers hun CAT-tool voorgesteld, zoals SDL Trados, Wordfast en memoQ. Er werd ook andere nuttige software gedemonstreerd zoals IntelliWebSearch en Dropbox.
‘De CAT-toolnamiddag hebben we georganiseerd omdat tijdens de netwerkavonden bleek dat verschillende vertalers met dezelfde vragen worstelden. Zo"n themadag vergt wel wat organisatie, maar het was een succes.’
Er komt gelukkig heel wat minder organisatie te pas aan de netwerkavonden. Gewoon een datum prikken, de locatie bespreken, een berichtje posten en achteraf via de website verslag uitbrengen.’
Hoe groot zien jullie GentVertaalt worden?
Sébastien vertelt hoe er in navolging van hun initiatief ook in Amsterdam en Leiden pogingen ondernomen werden of worden om iets gelijkaardigs op te starten.
Mick: ‘Na een jaar staan we met GentVertaalt zeker waar we wilden staan. Nu kan iedereen nog met iedereen aan een tafel zitten, zonder dat er aparte groepjes of kliekjes ontstaan. Mocht er echt veel meer volk komen opdagen, dan moeten we het concept allicht wat aanpassen. Het heeft immers geen zin om met twintig of meer personen rond dezelfde tafel te zitten. Theoretisch zouden we dan bijvoorbeeld twee netwerkavonden per maand kunnen organiseren om het aantal deelnemers te spreiden. Wij zien er overigens geen graten in mocht ons initiatief anderen inspireren om op andere plaatsen iets gelijkaardigs te doen. Mensen samenbrengen om ervaringen te delen was ons doel. Daar zijn we alvast in geslaagd.
Hoe kijken jullie naar de taalsector?
Mick: ‘De sector heeft nood aan meer solidariteit en minder versplintering. De "Wie is Wie?’ waar je aan werkt, Céline, is in ieder geval een goed idee, want zoals het vandaag is, is de taalsector een groot doolhof. Dat ondervind je als starter aan den lijve. Een ‘Wie is Wie?’ zou al zeker handig zijn om nieuwe toetreders in de sector wegwijs te maken.’
Jullie zijn nu alle drie enkele jaren als zelfstandige aan de slag. Hoe hebben jullie toen als starters de weg gevonden in de doolhof?
Mick: ‘Je weg vinden als zelfstandige is in het begin hoe dan ook moeilijk. Het is tekenend dat geen van ons drieën meteen na de vertaal- of tolkopleiding als zelfstandig vertaler of tolk is begonnen. We waren dan wel als vertaler of tolk afgestudeerd, van het zakelijke aspect van het beroep wisten we niets: boekhouden, tarieven bepalen, belastingen, allerlei administratieve beslommeringen ... dat vergde bij het opstarten dan ook heel veel tijd en energie. Het helpt volgens mij als je uit een nest komt waar nog al iemand zelfstandig is. Als er iemand in hetzelfde schuitje zit of heeft gezeten en zijn ervaringen met jou wil delen, zoals we dat met GentVertaalt doen, dan wordt het makkelijker. Ook in dat opzicht bewijst netwerken zijn nut. In het begin is klanten vinden bijvoorbeeld erg moeilijk. Door te netwerken, visitekaartjes uit te delen, mensen te ontmoeten en opdrachten over te nemen bouw je langzaam maar zeker een klantenbestand uit. Lever je kwaliteit, dan blijft de klant en zal hij jou misschien ook aan anderen aanbevelen.’
Hebben jullie je snel bij een vereniging aangesloten?
Neen. Alle drie schudden ze het hoofd. Dat hebben ze pas later gedaan. Waarom? Daar kunnen ze niet meteen op antwoorden.
Samen sterk?
De voornaamste conclusie en aanbeveling van de Ronde Tafel over de status van de taalprofessional, die in maart 2013 in Gent plaatsvond, betrof de vorming van een overkoepelend platform boven alle bestaande initiatieven in de taalsector, met als doel de gemeenschappelijke belangen samen te behartigen, de PR voor de taalberoepen samen aan te pakken en samen permanente vorming te ontwikkelen. Dat is in feite niets anders dan wat ze in alle andere sectoren doen. Hoe zien jullie dat?
‘Wij spreken uiteraard vanuit het perspectief van de vertaalbranche, vanuit het vertaalsegment van de taalsector. Daar kampt men met dezelfde fragmentatie. Dat mag niet verbazen, aangezien iedere vertaler op zijn eigen eilandje werkt. Wie op zijn eilandje blijft, valt snel ten prooi aan tunnelvisie.’
Een mediacampagne voor de onzichtbare vertaler?
‘Ludovic Pierard, voorzitter van de Belgische Kamer van Vertalers en Tolken (BKVT), had het in een recent interview met De Taalsector over het probleem van de onzichtbaarheid van vertalers en tolken. Volgens hem is een mediacampagne daarvoor een goede oplossing. Delen jullie zijn mening?’
Alle drie volmondig: Ja!
Een voor een herinneren ze zich voorvallen waarbij het beroep van vertaler of tolk recent nog negatief in de media kwam. Soms terecht, soms niet, maar dat maakt hun niet zo veel uit. Het stoort hen vooral dat hun beroep nooit eens positief belicht wordt.
Sébastien: ‘Ik zag laatst op tv, in een non-fictieprogramma nog wel, hoe de tolken in beeld duidelijk de deontologische regels van het tolkenberoep met de voeten traden. Daar moet op gereageerd worden.
‘Of die hele affaire met de tolk op Mandela's begrafenis,’ zegt Tom.
Mick: ‘En dan de vele journalisten die mensen interviewen in een exotische taal, mét tolk, maar die tolk wordt dan naderhand uit de reportage geknipt, terwijl zelfs een geluidsman weleens zijn moment de gloire voor de camera mag hebben.’
De oprichters van GentVertaalt zijn op dreef. Ze halen het ene voorbeeld na het andere aan.
Nog eentje van Mick: ‘De literair vertalers zitten in hetzelfde schuitje. Vinden de mensen een (vertaald) boek goed, dan prijzen ze de auteur de hemel in. Vinden ze het boek niet goed, dan ligt het aan de vertaler.’
Sébastien beaamt: ‘Het is ook wel logisch, doet een vertaler het goed, dan is hij discreet en onzichtbaar, loopt het fout, komt hij in beeld. Ons beroep wordt ook door klanten miskend. Vaak stellen zij onmogelijke deadlines of hebben ze niet het minste besef van een normaal tarief. Een overkoepelend orgaan zou dan onze belangen kunnen behartigen, de communicatie met de pers op zich nemen en onze sector verdedigen.’
Wie moet zo’n positieve mediacampagne voor het vertaal- en tolkberoep dan voeren?
De drie vertalers raken het niet eens. ‘Misschien de BKVT? Of de grootste vertaalbureaus samen, want die hebben daar geld voor? Of die net niet, omdat ze niet representatief zijn voor de vertaalsector? Ja, maar iemand moet het gewoon doen. Wij van GentVertaalt willen alvast ons steentje bijdragen en De Taalsector ook, er is dus hoop!’
Tom: ‘Een reclamespot kan ook over een andere taalprofessional dan een vertaler of een tolk gaan én positief afstralen op ons beroep. Ik ben overtuigd dat PR voor eender welk taalberoep in eender welk segment van de taalsector positief zou afstralen op de andere segmenten en beroepen in de taalsector.’
Céline Mignolet, 4 maart 2014
Meer info: www.gentvertaalt.be — Twitter: @gentvertaalt — Facebook
Sébastien Devogele: LinkedIn — Twitter (@SDevogele_DS) — Facebook — blog
Tom Van Cleempoel: LinkedIn — Proz.com
Mick De Meyer: LinkedIn — Proz.com — website
Meer info: Ronde Tafel over de status van de taalprofessional: het verslag
Meer info: Kamer van Vertalers en Tolken wil krachten bundelen met andere taalprofessionals