Het is niet goed gesteld met de status van de vertaler in de EU
Met het inkopen van vertalingen is het zoals met het kopen van een tweedehandse auto. Je hebt als leek geen verstand van de kwaliteit onder de motorkap. Toch moet je je een oordeel vormen. Dat doe je dan op basis van een aantal "signalen" die je van de verkoper opvangt. Heeft hij een diploma? Hoe lang is hij al op de markt? Is hij lid van zijn beroepsfederatie? Welke certificaten en officiële erkenningen kan hij voorleggen? Als deze signalen sterk zijn, dan genieten het vak en zij die het vak beoefenen een hoge status: veel geloofwaardigheid, prestige, autoriteit, voortreffelijk loon naar werken en eventueel zelfs een zekere mate van exclusiviteit.
Maar, als de statussignalen die het vak uitstuurt zwak en verwarrend zijn, dan raakt ook de markt in verwarring. Het gevolg is dat de beste vaklui de markt en het vak verlaten. Waarom? Omdat ze in een verwarde markt onvoldoende status, prestige, autoriteit, loonkwaliteit, enz. ervaren. Dit is in de meeste EU-landen vandaag de realiteit in het vertaalvak. Als het vertaalvak krachtiger statussignalen naar de markt zou sturen, dan zouden de beste vertalers meer geneigd zijn om in de markt en in het vak te blijven.
Dat - en nog heel veel meer - staat in een nieuw rapport dat in opdracht van het directoraat-generaal Vertalingen (DGT) van de Europese Commissie tot stand is gekomen en in Brussel werd voorgesteld.