IntercomprehensieGent, 10 augustus 2017, Irina-Maria Roşca en Salvatore Mauro - Oei, u bent niet met een talenknobbel geboren? Toch zult u op de schoolbanken Frans en Engels en als het een beetje tegenvalt ook Duits leren.

U moet en zult deze talen leren lezen, leren verstaan en ook leren schrijven en leren spreken. Vooral dat laatste zal u bloed, zweet en tranen kosten.

En weet u wat? Hoe goed u met uw beperkt talent ook zult worden, nooit zult u de taal écht beheersen op het niveau dat u de ziel van de taal zult doorgronden, laat staan de ziel van de mensen en de cultuur achter de taal. Zonde van al de tijd en de moeite eigenlijk.

U hebt uw lot te danken aan een ouderwets romantische opvatting over taal waarvan u zich terecht afvraagt hoe zij in deze snel evoluerende en globaliserende informatiemaatschappij nog kan bestaan. Als u en ik elkaars taal goed kunnen verstaan, waarom moeten wij elkaars taal dan ook nog kunnen spreken eigenlijk?

U hebt gelijk: tijdverspilling. Gelukkig zijn er alternatieven: luistertaal of intercomprehensie bijvoorbeeld. Ja, we moeten nog een nieuwe, coole, catchy term verzinnen, maar het goede nieuws is dat u er al helemaal voor gewonnen bent. En, zo blijkt uit ons experiment in de straten van Gent, u bent niet alleen.

 

Speak like a native?

Proberen te spreken als een native? Zet het uit uw hoofd. In 2017 is het doel doeltreffende communicatie - ook als de communicatie meertalig is, toch?

Kijk, het is niet omdat u een taal niet kunt schrijven of niet kunt spreken dat er geen doeltreffende communicatie mogelijk is. Echt niet. Er is heel veel mogelijk, ook als u geen woord Frans of Duits gezegd krijgt. Het is niet omdat u geen zogenaamd productieve taalvaardigheden hebt, dat u geen receptieve vaardigheden kunt hebben. Integendeel.

Uw brein is een supercomputer als het aankomt op het ontcijferen van boodschappen waarvan het vermoedt dat ze voor u waardevol zijn. Uw brein – ook als het geen talenknobbel is – is een krak in het decoderen van fonologische, semantische en grammaticale informatie, in het zien van overeenkomsten en het overbruggen van verschillen – ook tussen talen. Nogmaals, het is niet omdat u niet kunt coderen, dat u niet kunt decoderen.

Er is nog meer goed nieuws: u kunt uw brein trainen in het zien van overeenkomsten tussen talen, in het kraken van fonologische, semantische en grammaticale codes tussen talen. Nog anders gezegd: u kunt uw receptieve taalvaardigheden trainen. En het kost geen bloed, geen zweet en geen tranen. U hoeft er geen woord Frans of Duits voor te leren schrijven of spreken. En al helemaal niet als een native.


Gent onveilig gemaakt

Vandaag hebben wij het centrum van Gent onveilig gemaakt. Met al zijn bezienswaardigheden is de zogenaamde kuip van Gent een toeristische trekpleister, en dus een plek waar je een verscheidenheid aan culturen en – interessant voor ons experiment – taaldiversiteit zomaar op straat vindt.

Ons experiment? Wij legden voorbijgangers twee taalscenario’s voor en keken en luisterden naar hun reacties. Zouden ze onze taalscenario’s realistisch vinden? Aantrekkelijk misschien zelfs?


Hier is het eerste taalscenario.

Jij bent student. Nederlandstalig. Je spreekt ook Engels. Je verstaat redelijk goed Frans en Spaans, maar spreken gaat niet echt vlot. Nu ben je bijna afgestudeerd en je wil je graag nog specialiseren. Maar de opleiding van je dromen wordt alleen in het Frans aangeboden. De prof bij wie je zo graag de lessen wil volgen, spreekt dus Frans (en ook wel Spaans). Hij verstaat ook Nederlands en Engels, maar spreken gaat niet echt vlot.

Je ziet het, er is in dit scenario geen lingua franca die jij en de prof allebei vlot kunnen spreken. Conclusie op het eerste gezicht? Je kunt de opleiding niet volgen.

En toch. Hier is ons aanbod: je volgt de lessen in het Frans, je stelt je vragen tijdens de les in het Nederlands (en de prof antwoordt in het Frans), en op het examen beantwoord je de Franse vragen in het Nederlands. Zo kun je de opleiding van je dromen volgen.

Wat vind je van dit aanbod? Ga je erop in? Vind je dit scenario aantrekkelijk?


Hier is het tweede taalscenario.

Als leerling kun je op school kiezen tussen twee soorten vreemdetaalvakken: enerzijds taalvakken waarin je de taal leert spreken en schrijven en anderzijds taalvakken waarin je een taal leert lezen en verstaan.

Kies je voor de eerste soort, dan mag je verwachten dat je op het einde van je studies een of twee vreemde talen vlot zult kunnen spreken en schrijven. Kies je voor de twee soort, dan ga je acht of negen talen goed verstaan (lezen en luisteren).

Wat is jouw keuze?


Allerlei onverwachte mogelijkheden

De meeste mensen die we in het centrum van Gent aanklampten en deze taalscenario’s voorlegden, moesten goed peinzen over hun keuze. Ze hadden er duidelijk nog nooit zo over nagedacht.

Kort samengevat vonden ze de optie dat je acht of negen talen zogenaamd receptief beheerst een vreemd concept, maar na nog een beetje peinzen begonnen de meeste mensen daar allerlei onverwachte mogelijkheden tot zelfontplooiing bij te zien.


Toetje

Voor de voorbijgangers die ervoor openstonden, hadden we nog een toetje. We begonnen tegen hen te spreken in talen die zij niet kenden – Roemeens en Italiaans bijvoorbeeld, onze moedertaal. Daarna luisterden we naar hun reactie in hun eigen taal.

Ons oordeel? Een geslaagd experiment. Wij voelden tijdens deze gesprekken aan den lijve hoe “de natuurlijke mechanismen van de receptiviteit” zich vanzelf activeerden. Al onze gesprekspartners konden minstens raden waar we het in het Roemeens over hadden.

De mensen gaven overeenkomsten met verwante Romaanse talen aan (verwante woorden), maar er was duidelijk nog een andere factor die een belangrijke rol speelde: de context.

Het viel ons op hoeveel informatie er in de context zit. Doeltreffende communicatie komt niet alleen met gesproken taal tot stand, maar ook met gebaren, ook met al de kennis die we al in onze bagage hebben, en met ons inzicht in de omstandigheden waarin we ons op het moment van het gesprek bevinden.


Enorm potentieel

Doeltreffende communicatie is een samenspel van diverse vaardigheden, maar spreekvaardigheid in de taal van de gesprekspartner lijkt voor veel doeltreffende communicatie – ook meertalige communicatie dus – nauwelijks een voorwaarde. Waarom moeten wij daar dan zoveel bloed, zweet en tranen voor laten? Moeten wij ons niet beter bewust worden van het enorme potentieel dat onze receptieve vaardigheden te bieden hebben? Waarom moeten wij altijd zo productief willen zijn?


En u, beste lezer? Welke keuzes zou u maken? Zend uw reactie naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. of reageer op de sociale media met hashtag #luistertaal of #intercomprehensie of een andere coole term :-)


Dit artikel is van de hand van Irina-Maria Roşca en Salvatore Mauro. Zij studeren Nederlands in respectievelijk Boekarest en Napels en namen de voorbije twee weken deel aan de Taalunie Zomercursus Nederlands. Deze zomercursus is een organisatie van de Universiteit Gent. Tijdens de tweede week van de cursus dachten en werkten ze twee dagen mee bij De Taalsector.